Koninginnedag is ieder jaar weer een evenement waar heel Nederland halsreikend naar uitkijkt. Mijn eigen stad Utrecht staat bekend om haar enorm gezellige koninginnenacht.
Een kleine sfeerimpressie:
Rond een uur of half tien arriveer je in de stad. Je bent duidelijk niet de eerste, want de straten zijn al gevuld met mensen. Mensen op zoek naar van van alles. Maar naar wat eigenlijk? De troep die hen aangeboden wordt door hun medeburgers zal hun doel niet zijn. En de kans dat ze hun eigen stereoset los kunnen weken van de dief die hem nu te koop aanbiedt, is ook erg klein. Enfin, je loopt gezellig met al deze schapen mee door de straten van Wijk C. Hier hoef je geen moeite voor te doen, want de aan elkaar klevende massa stuwt zichzelf voort.
Kijken naar de uitgestalde prullaria hoeft niet meer, want je portemonnee is intussen al lang gerold. Eén voordeel: deze samengepakte mensenkudde houdt je wel warm en dit merk je direct wanneer je je voor de zoveelste keer uit de meute begeeft om wederom een vergeefse poging te doen om via onverstaanbare telefonische aanwijzingen een verloren groepslid de aansluiting te doen vinden.
Na wat kansloze straatspelletjes en waanzinnig dure plastic biertjes wordt de dorst en kou dusdanig dominant dat je gezamelijk een kroeg opzoekt. Natuurlijk kan hierover geen consensus bereikt worden en je besluit op te splitsen.
Café’s zijn altijd de beste locatie om je te begeven tijdens koninginnenacht. Tenminste, dat blijkt de heersende gedachte, gezien de plaatselijke bevolkingsdichtheid.
Waar dit misverstand vandaan komt snap ik niet, want niets is minder comfortabel. Als haringen in een ton doet heel in oranje gedost Nederland zijn best om meer bier in de mond dan op de grond te krijgen.
Dansen is geen optie. Dit heeft de gemiddelde, inmiddels behoorlijk beschonken, Nederlander duidelijk niet begrepen, maar da’s niet erg. Op koninginnedag is immers iedereen vrolijk en nog toleranter dan normaal. Scheelt weer, hoef je daar ook geen rekening meer mee te houden. Dat sorry zeggen is toch ook altijd maar onzinnig.
Om de irritatiegrens gezond laag te houden wordt de bierconsumptie nog iets opgekrikt. Om je heen beginnen de bewegingen steeds exorbitantere vormen aan te nemen. Wanneer bij de langzaam maar zeker opgewarmde omstanders de zweetplekken de biervlekken beginnen te verdringen, wordt het tijd om de uitgang op te zoeken.
Buiten lijken de hamsterweken aangebroken: iedereen is op zoek naar voedsel. Schlemielig kleine broodjes gaan voor schandalig hoge prijzen over de toonbank en laat ook jij uitgerekend nu barsten van de honger. Nog even een half uurtje in de rij staan dus, voor je je bed op kunt zoeken. Tijdens je tocht naar huis wordt je hevig opgehouden door een stel zwalkende fietsers. Gelukkig is er één zo vriendelijk om erbij te gaan liggen en maakt de rest plaats om je te laten passeren.
Thuis heb je om dit alles zo veel lol dat je het niet kunt laten om het aan je trouwe laptopje toe te vertrouwen. Gelukkig heb je je om al deze zaken niet druk gemaakt en was koninginnenacht 2006 wederom een prachtig mooie, oerhollandse avond.