regular

Geef het toe schrijver: je bent een merk

Ze was misschien wel de meest spraakmakende gast op het symposium van de Freelancers Associatie afgelopen vrijdag. @Marketingmeisje Anouk Binkhuysen sprak over haar pas opgerichte uitgeefinitiatief QBF en vooral over wat dat bedrijf poogt te doen: het merkdenken centraal stellen om het maximale uit de schrijver en zijn product te halen. De schrijver, betoogde Binkhuysen, is niet langer een producent van letters, van bladzijden, van een verhaal. Nee, de schrijver is een ondernemer met als product zijn eigen merk.

Ze raakte een gevoelige snaar, bleek al tijdens de presentatie uit de reacties van haar toehoorders, zowel in de zaal als op de gebaande digitale paden. Wenkbrauwen werden gefronst, schouders meewarig opgehaald, onsmakelijke gezichten getoond. Het draait toch om ons verhaal, ons boek, ons ambacht? Moeten we onszelf dan gaan omvormen tot een product? Me verlagen tot alle mogelijke trucs om mijn boek aan de man te brengen? Zo ver zou ik toch niet hoeven gaan? Ook ikzelf kreeg een nare bijsmaak smaak in mijn mond.

Misschien kwam het door de indruk die ze  wekte met het voorbeeld van de geluksprofessor die ´weinig verstand van schrijven had´  maar toch werkte aan een roman. De man heeft immers potentie. Maar Binkhuysen stond hier niet zomaar een marketingpraatje te houden. Haar vernieuwende verdienmodel komt niet uit de lucht vallen. Bestsellerauteurs als Heleen van Royen, Sonja Bakker, maar ook Connie Palmen, passen het al met succes toe. En zelfs de grootste artistieke talenten als Wolkers Mulisch en Grunberg zijn op hun manier gewoon sterke merken, al danken zij hun verkoopcijfers wellicht vooral aan hun boeken.

Toch roept de verkoopgerichte houding van sommige schrijvers weerstand op bij lezers en collega’s, getuigt ook de recente polemiek in nrc.next tussen Ernest van der Kwast en Franca Treur. Beide mogen niet klagen over hun verkoopcijfers en media-aandacht, maar Treur beklaagde zich hardop over de wijze waarop Van der Kwast probeerde ´stemmen te kopen´ voor de NS Publieksprijs. Treur pleitte er zelfs voor een jury in te stellen voor deze prijs omdat die anders meer weg zou hebben van een populariteitspoll a la Popstars dan een serieuze verkiezing van een goed boek. De wereld op zijn kop natuurlijk, want daarvoor was nu juist deze publieksprijs in het leven geroepen, naast de immer onpeilbare jury’s van P.C. Hooft en Libris. Van der Kwast antwoordde dan ook laconiek dat hij “zo veel mogelijk mensen de leeservaring van Mama Tandoori wil gunnen” – een nobel streven voor een schrijver die trots is op zijn werk.

Natuurlijk is het punt dat Treur maakt wel te begrijpen. Een schrijver moet schrijven en een goed boek zou zichzelf moeten verkopen. Net zoals reclame voor medicijnen niet nodig zou moeten zijn. Zo schrijft Joost Nijssen, directeur van uitgeverij Podium dit weekend op de opiniepagina van Trouw: “Een schrijver moet zich zo min mogelijk als marskramer van zijn eigen werk opstellen.” Het vervelende voor Treur en co is nu eenmaal dat als een schrijver marketing begint te bedrijven, de rest niet achter kan blijven. Uitgevers zijn lang van mening geweest dat zij die marketingmachine aan moesten drijven, maar in het tijdperk waarin merken een steeds grotere rol spelen, kan de schrijver zelf haast niet meer achterblijven – om zoveel mogelijk lezers met zijn meesterwerkje te bereiken.

Dat besef, daarvan moeten wij schrijvers ons meer laten doordringen. Een van Royen of Bakker hoeven we niet te worden, zullen de meeste van ons ook nooit worden. Dat is ook niet wat de merkenpioniers verwachten, al hopen ze natuurlijk stiekem wel op veel van die commerciële pareltjes. Zij zeggen: wees bewust van wie je bent, wat je bent, wat je wil uitstralen, en hoe jouw boek daarin past. Treedt naar buiten als die persoon, net zoals je in ieder gezelschap waarin je je vertoont een andere kant van jezelf toont. De lezer is net een mens, en mensen hebben nu eenmaal behoefte aan identificatie met dat wat ze kopen.

Zo’n houding is niet voor iedereen weggelegd. Inderdaad, de timide teruggetrokken schrijver heeft het moeilijk in deze tijd. Met één talent kom je nu eenmaal minder ver dan met een combinatie van inhoudelijk talent en extraversie, dat geldt in ieder creatief beroep. Maar zolang je voor elkaar krijgt dat je extraversie niet met je op de loop gaat, of je een merk wordt dat je eigenlijk niet bent, is alles onder controle. Misschien betekent jouw merk wel dat je juist helemaal niet in beeld hoeft, helemaal niet de boer op, maar dat je een groot mysterie blijft voor al je lezers.

Tijd dus om dat vieze gezicht in de plooi te trekken en goed in de spiegel te kijken.  Wie ben je eigenlijk? En waarom moeten mensen jou lezen?