Gedachtestromen. Je kunt je haast niet meer voorstellen dat het ooit ongrijpbare zaken waren. Zaken die zich afspeelden in je eigen hoofd, die van jou waren maar ook van niemand.
Dat je toen maar moest afwachten waar ze heen gingen, alle kanten op of in een maalstroom. Dat je niet kon kiezen, je voorkeuren bepalen op een scherm, met twee klikken duizenden gedachten rijker, maar niets anders kon doen dan op omslachtige wijze beïnvloeden.
Je dreef nog op je zintuigen. Je wist hoe onbetrouwbaar die waren, hoe ze je in de steek konden laten of voor de gek houden. Je consumeerde brokjes informatie in de hoop dat ze je verder brachten. Ongeschreven bijsluiters beloofden gouden bergen, zoals die van voedsel en medicijnen, maar niets was bewezen. Je tastte in het duister op zoek naar verlichting.
Lang werkte dat, of gaf die illusie. Er een overzichtelijke wereld. Afgebakende stromen, als skipistes geprepareerd, een beheerste afdaling garanderend. Het gevoel van overzicht, rustig kunnen slapen.
Maar de mensheid wilde meer en kreeg de informatie-overdaad. Kennis overal, van alle kanten tegelijk. Feiten vermengd met meningen en leugens, en niemand wist ze nog te ontwaren. Het dreef ons tot wanhoop, de afgrond naderde.
Net op tijd keerde het tij. Overload werd upload. Consumptie injectie. Het gemak trad je brein binnen. Het was wennen, griezelig ook, maar daarna vooral zalig. Je rust en overzicht. Je had ze terug.